Nieuws uit Quy Nhon - Reisverslag uit Quy Nhơn, Vietnam van Filip en Marieke - WaarBenJij.nu Nieuws uit Quy Nhon - Reisverslag uit Quy Nhơn, Vietnam van Filip en Marieke - WaarBenJij.nu

Nieuws uit Quy Nhon

Door: Marieke

Blijf op de hoogte en volg Filip en Marieke

09 Oktober 2007 | Vietnam, Quy Nhơn

Ik had de vorige keer beloofd om meer te vertellen over Quy Nhon en het leven hier. Hier gaan we dan. Quy Nhon is een klein stadje aan de zee. Het heeft zowat alle faciliteiten van een grote stad, maar is net geen grote stad. Het is vaak geroemd om z’n prachtige stranden en lekkere zeevruchten. De stranden zijn inderdaad de moeite. Ze zijn prachtig, zonder meer. Met de zeevruchten heb ik minder ervaring. Zoals de meesten onder jullie waarschijnlijk weten ben ik niet echt gek op dingen die uit de zee komen, maar ik doe mijn best. Ik geniet wel van andere lokale specialiteiten zoals pannenkoekjes met rundvlees, opgerold in rijstpapier, of heel lekkere gehaktballetjes (ik wil niet weten van welk vlees). Quy Nhon is nog ongemoeid gelaten door het grote toerisme, hoewel nu een en dan een enkeling zijn weg schijnt te vinden naar de stad en ook hier het toerisme een bloeiende sector blijkt te zijn. Verder is de stad erg rustig, heel rustig eigenlijk, misschien af en toe te rustig.

Ik ben hier zo ontzettend goed op voorbereid. Ik heb trainingen gehad in Nederland en in Vietnam, ik heb met mensen gesproken die voor mij door dit hele proces zijn gegaan, ik train mezelf verder via het internet. Ik weet dat het niet eenvoudig is om toe te komen in een nieuwe stad en zowel je sociale als professionele leven van nul af aan op te bouwen. Ik heb geleerd hoe ik daar mee kan omgaan. O, ik weet het zo goed in theorie. En toch. Toch moet ik soms heel hard op mijn tanden bijten. Alle theorieën kloppen volledig, maar kunnen je nooit helemaal voorbereiden. Ik weet dat de job beschrijving zoals je die vooraf op papier krijgt zelden is wat je in de praktijk ook wordt verondersteld te doen. Ik weet dat er andere belangen meespelen en dat er ook op werkvlak een andere cultuur heerst. Ik moet mijn taakgeoriënteerde instelling durven opgeven en me overgeven aan hoe dingen hier gedaan worden. Maar het is zo verdomd moeilijk! Ik heb mijn hele leven geleerd dat ik hard moet werken om ergens te komen. Het is niet dat er hier niet hard gewerkt wordt, in tegendeel zelfs. Mensen hebben hier vaak drie verschillende jobs om te kunnen rond komen. Maar de prioriteiten liggen anders, en de opvattingen over wat een zinvolle tijdsbesteding is verschillen. Ik heb het gevoel alsof mijn dagen zo leeg zijn. Ik heb eens een vergadering van een paar uur, dan ben ik eens paar uur bezig met een voorbereiding, of zoek ik wat op internet op, maar dan zit het werk voor de week er alweer op. Ik heb een honger naar meer werk. Ik voel me zelfs ergens schuldig dat ik zo weinig doe. Ik ben hier toch om een full time job te doen? Het is zo moeilijk om die knop om te draaien. Ik blijf plichtsbewust op staan, rond lopen op de campus alsof ik van alles te doen heb, en achter mijn computer kruipen om god weet wat te doen. Het lijkt zo grappig terwijl ik dit aan het opschrijven ben. Op dit moment is er nog geen werk voor mij, of toch niet op de manier dat ik het me voorstelde, en ik blijf er hopeloos naar op zoek gaan. Ik zou verdorie in mijn bikini moeten springen en mijn dagen moeten doorbrengen op het strand. Volgens mij staat dat ook nog ergens in de theorie. Dus lieve vrienden en collega’s, de volgende dagen vinden jullie me met een mangosapje op het strand.

Natuurlijk raak hier wel uit. Ik heb ondertussen waarschijnlijk genoeg ervaringen en achtergrond in die dingen, maar het blijft toch elke keer weer moeilijk. Ik kan mijn Westerse achtergrond niet zomaar van me afschudden. Het resultaatgericht denken, de drang om vooruit te willen gaan, de onrust ergens ook wel, zitten er zo diep in. Het gaat uiteindelijk ook wel de goede weg op. Ik heb al een belangrijke training en een bezoek aan een centrum voor kinderen met een handicap kunnen plannen. Nog belangrijker waarschijnlijk, ik heb daarnet bezoek gekregen van één van mijn collega’s. Hij kwam samen met zijn vrouw die Engels spreekt. Ik heb nog niet eens zetels of genoeg stoelen om mensen te ontvangen. Ik moest dan maar met mijn bezoek op het tapijt gaan zitten. Ik vond dat zo erg, maar eigenlijk is dat ook hoe het hier in Vietnam gedaan wordt. Er zijn nergens meubels in de woonkamers. Mijn collega en zijn vrouw vonden het dus best ok. We hebben wat over de normale dingen in Vietnam gepraat. Hoe oud ben je? Ben je al getrouwd? Heb je kinderen? Waarom niet? En ik heb een uitnodiging gekregen om iets te gaan drinken met hen! Babystapjes zijn het, maar o zo belangrijk.

Hetzelfde geldt zo’n beetje voor mijn sociaal leven. Het is niet eenvoudig om uit het niets een sociaal netwerk en vriendengroep op te bouwen, maar het gaat niettemin vooruit. Ik volg het advies uit de boekjes, en het lijkt, met babystapjes, te lukken. Ik hang veel buiten rond, ik volg taallessen en probeer zoveel mogelijk Vietnamees te praten. En af en toe ontmoet ik van die schatten van mensen die me zo ontzettend helpen. Mijn Amerikaanse buur en zijn vrienden, Barbara van het backpackerscafé, een eigenares van een hotel uit de buurt, een groep vrijwilligers uit Nieuw Zeeland ..., ze hebben me elk op hun eigen manier al zo goed opgevangen.

En om niet te vergeten hoe bevoorrecht ik ben om in dit prachtige land te kunnen werken, een lijstje met dingen waarvan ik hou in Vietnam. Dat zijn (in willekeurige volgorde):
- De kleur van jonge rijstvelden. Nooit eerder heb ik zo’n prachtig groen gezien. Wie er in slaagt om deze kleur te reproduceren in verf en stoffen kan veel geld verdienen. Of ook niet. Het groen komt waarschijnlijk het best tot zijn recht terwijl je traag door de rijstvelden fietst met de opkomende of ondergaande zon op je schouders.

- De intense maar ook vaak bizarre vriendschappen. Wie zich fysiek een beetje los snijdt van zijn of haar vertrouwde netwerk blijkt op zoek te gaan naar nieuwe mensen om die leegte op te vullen. Niet dat jullie nu niet meer tot mijn netwerk behoren, maar ik heb er in ieder geval behoefte aan om nieuwe mensen te leren kennen en stilaan nieuwe vriendschappen op te bouwen. Vaak krijg je dan van die rare combinaties. Ik word er altijd door getroffen als ik tijdens etentjes om me heen kijk. Een bonte mengeling van nationaliteiten, talen, leeftijden, beroepen, en achtergronden. In een andere situatie zouden we elkaar nooit op zoeken, maar hier werkt het wonderwel.

- De soms ontroerende creativiteit van mensen die vaak op niets anders kunnen terug vallen dan hun creativiteit. Zo zag ik een paar dagen geleden een rolstoel gemaakt van een plastic tuinstoel en een paar fietswielen, geniaal. Iemand anders had op zijn brommer het achterste wiel een beetje verplaatst naar buiten en er een tweede naast gemonteerd. Zo zat hij steviger op zijn brommer en kon hij zich net als ieder ander in de dagelijkse, druk toeterende stroom begeven.
Één mand op je fiets vervoeren is hier maar een beetje pover. Met een paar heel eenvoudige, maar even geniale, hulpstukken kan je er minstens 100 vervoeren. Hetzelfde geldt voor zakjes met vissen, vazen en planten (dan lijkt het of er een bos naast je rijdt).
En het grasveld van de universiteit kort houden zonder machine? Geen denken aan dat de werkploeg op hun knieën in het veld zit. Als het gras te hoog wordt, nodigen ze een paar koeien uit om de klus te klaren. Een leuke win-win situatie. Wel vreemd om ’s ochtends als ik nog niet zo goed wakker ben bijna op zo’n gigantisch beest te botsen.

- Fietstochtjes langs de zee, ’s ochtends of ’s avonds, wanneer de zon niet te fel schijnt en er een heerlijke verfrissende zeebries waait. De stranden hier in Quy Nhon centrum zijn niet bedoeld om te luieren en te zonnen. Er wordt hard gewerkt. Hele vissersfamilies zijn er vanaf de eerste zonnestralen tot een stuk in de nacht druk in de weer. Manden, gereedschap en niet bruikbare vangsten liggen verspreid op het strand. In het water liggen honderden fel gekleurde boten en hangen grote netten waarop in het donker felle lampen schijnen. Het is er eigenlijk een beetje vies en altijd stinkt het er naar rottende vis en geuren van mensen die te dicht op elkaar leven. De krottenwijk aan de rand van het strand is een doorn in het oog van de overheid die ontdekt heeft dat toerisme geld kan opbrengen. Toch is alles er precies zoals het hoort. Ik hoop voor de vissers dat dit nog lang zo kan blijven.
Terwijl in de vorige lonely planet Quy Nhon nog beschreven werd als een plek die beter te vermijden is wegens niets te beleven, wordt het in de nieuwe editie geprezen als een prachtig stukje authentiek Vietnam. Ik vrees er een beetje voor dat Quy Nhon over onafzienbare tijd overspoeld zal worden met toeristen, en dat de vissers uiteindelijk hun bittere strijd zullen verliezen. Ze zijn bijzonder vast besloten om te blijven wonen op hun plek vlak bij de zee. De vele pogingen van de regering om ze weg te krijgen hebben tot nu niets uit gehaald. Zelfs de bulldozers die door dorp gingen kregen de bewoners niet weg. Ze bouwden uit de brokstukken en met wat tentzeilen nieuwe optrekjes. Helaas zal er waarschijnlijk niet veel te doen zijn tegen de ontzettende macht van het toerisme. Je ziet het, ik bouw een haat/liefde verhouding op met het Quy Nhon dat ik soms ontzettend kan vervloeken maar tegelijk even vurig kan verdedigen.

- Snorkelen!! Ik heb nog geen aangepaste duikbril, maar zelfs zonder vind ik de onderwaterwereld langs de kusten van Vietnam schitterend. Het is zo fascinerend. Ik kan uren ronddobberen en naar de prachtige vissen staren. Helaas met een knalrode rug als gevolg ... .

- Aerobic. Om mijn integratieproces te bevorderen heb ik me aangesloten bij een plaatselijk aerobic groep. Ik ga nu 3 keer per week al het vocht uit mijn lijf gaan zweten. Het is geschift warm in het kleine zaaltje. Misschien moet ik toch een outfit als de rest overwegen. Het is best vreemd. Overdag lopen de vrouwen hier heel erg bedekt rond. Het is niet enkel om te voorkomen dat ze bruin worden (mijn collega’s vinden het hilarisch als ik hen het concept ‘zonnebank’ probeer uit te leggen). Op mijn werk ben ik er al op gewezen dat ik me beter aan de dress code kan houden, en zoveel mogelijk moet bedekken. Tijdens de aerobic gaan de vrouwen er echter helemaal voor (misschien zit de afwezigheid van mannen er wel voor iets tussen). De meesten dragen een bikini, maar ook badpakken met een legging onder blijven populair. Het zal wel minder warm zijn, maar ik zie mezelf toch niet in zo’n outfit staan springen.

  • 09 Oktober 2007 - 11:55

    Annietché:

    Prachtig geschreven Marieke!
    Ik heb het gevoel dat ik nu jouw hele Vietnamese leven ken. Geniet van de - overduidelijk aanwezige - mooie dingen en ik duim samen met jou mee dat je zo gauw mogelijk massa's werk krijgt :-)

  • 10 Oktober 2007 - 05:30

    Papa En Mama:

    Woeps, 't was weer koekebak!
    Opnieuw volop 'Met trots' genoten van je leven in Vietnam. In verband met dat 'Westers denken' daar moet ik ook toch eens over nadenken... Wat is er nu echt belangrijk? Wij kijken er toch zo naar uit om je terug te zien en te horen.

  • 18 Oktober 2007 - 12:58

    Rita:

    Marieke, heel mooi en boeiend geschreven!!!! Als ik dit lees, dan denk ik ( voor een deel) terug aan het verhaal van iemand die in CHILI ging werken en daar veel meer wou bereiken dan mogelijk was.
    Heel wijs dat ik zo ook eens een venster krijg op een voor mij totaal onbekend land!!!
    Veel gtoeten!!!
    Rita

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Filip en Marieke

Ooit droomde ik ervan om te werken in de wondere wereld van ontwikkelingssamenwerking, vandaag droom ik niet al wil ik nog veel meer...

Actief sinds 12 Nov. 2006
Verslag gelezen: 306
Totaal aantal bezoekers 121209

Voorgaande reizen:

30 November -0001 - 30 November -0001

Mijn eerste reis

Landen bezocht: